Design
OE1 Workspace Collection Design Story Video
Go behind the scenes of the OE1 Workspace Collection with Industrial Facility designers Sam Hecht and Kim Colin.
Voor Sam Hecht en Kim Colin had OE1 een ongebruikelijk begin. Hun bedrijf, Industrial Facility, heeft in de loop der jaren al aan veel ontwerpprojecten met Herman Miller gewerkt. “Maar voor dit project kregen wij de opdracht om niet zozeer de ontwerpers te zijn,” legt Hecht uit, “maar een opdracht te maken voor degene die het project zou ontwerpen.”
Om te beginnen reisden ze de wereld rond en onderzochten ze de huidige stand van kantoormeubilair en de werkplek. Uit hun bevindingen bleken de beperkingen van het traditionele kantoormeubelsysteem. “Bedrijven willen meer hun eigen identiteit,” herinnert Hecht zich. “Ze willen uit verschillende opties kunnen kiezen. Ze willen ook de dingen die ze gebruiken aanpassen zodat ze hun specifieke identiteit weerspiegelen.”
De twee besteedden een jaar aan onderzoek en ontwikkeling van de opdracht en breidden de lijst met stakeholders die ze interviewden uit tot het hele ecosysteem van de industrie: productie, dealers, architecten en ontwerpers, installateurs, vastgoedprofessionals en klantbedrijven.
“Eén ding hebben we gemerkt: op dag één worden de meubels geïnstalleerd en op dag twee moeten er dingen worden veranderd,” zegt Hecht. “En als je uitzoomt naar een macroniveau, realiseer je je de exponentiële verandering binnen bedrijven.” Colin voegt eraan toe dat het niet alleen gaat om de hoeveelheid veranderingen, maar ook om het tempo waarin die plaatsvinden.
Flexibiliteit en het vermogen om te reageren op snelle veranderingen kwamen naar voren als een belangrijke drijfveer. Het duo onderzocht hoe ze iets prettigs en flexibels konden produceren - een productlijn die ruime keuze biedt en compatibel is met bestaand meubilair.
Toen de fact-finding missie overging in een daadwerkelijk ontwerpproject, was één ding zeker: OE1 zou geen traditioneel, op “systemen” gebaseerd product worden. “Het is meer een soort pick-and-mix,” aldus Hecht. “Alles staat met elkaar in dialoog - en die dialoog is gezond.”
“En kantoorsystemen hebben de industrie zeer, zeer goed gediend,” vervolgt Hecht. Hij verwijst naar Action Office, het baanbrekende systeemproduct van Herman Miller dat in 1964 door George Nelson en Robert Propst is ontworpen. “Dat is waarom Action Office zo verbazingwekkend was. Maar op een bepaalde manier lag de kracht ervan vooral bij organisaties. De kracht lag niet echt bij de medewerker, tenminste daar liep het uit.” Hecht en Colin wisten dat OE1 aan de behoeften op meerdere niveaus moest voldoen: de organisatie, de voorziening en het individu. En een one-size-fits-all systeem kon dat niet doen. Vooral omdat moderne organisaties te maken hebben met druk op hun onroerend goed, mobiliteit en schaalbaarheid.
“Wat we doen met OE1 is dat we opnieuw evalueren wat een systeem is door ervoor te zorgen dat het ene product niet afhankelijk is van het andere om te functioneren, ook al kunnen ze samenwerken" zegt Hecht. Colin gaat verder, "(OE1) is ontworpen om 'met zichzelf te werken' of naast andere onderdelen, in bestaande landschappen."
“OE1 houdt zich niet aan de regels van het systeem. Het heeft dat regelboek in zekere zin verscheurd. Het speelt volgens andere regels.” – Sam Hecht
De collectie is het resultaat van jaren aanpassen en doorontwikkelen. Maar sommige individuele onderdelen springen er toch uit voor de ontwerpers. “Een van de dingen waar ik het meest trots op ben is de opslagtrolley,” zegt Colin, verwijzend naar het karakter ervan en het feit dat het niet zomaar een dossierkast is. “Ik denk dat het een functionele gereedschapskist is voor de persoon op de werkvloer. Er kan een kussen op. Je kunt er schoenen in zetten. Je kunt er papieren in opbergen. Je zou er je tas in kunnen doen. Hij heeft veel mogelijkheden, maar erkent ook de nieuwe ruimtelijke beperkingen, zodat hij niet in de weg zit.”
“Hoe vind je iets uit dat compleet nieuw is, terwijl je het ook herkenbaar maakt voor mensen als nuttig voor hen?” - Kim Colin
En wat te denken van de vraag die iedereen bezighoudt in 2021: Hoe past OE1 in een post-pandemische werkplek? “Het goede is dat door de pandemie verandering en onzekerheid nu al op ieders netvlies staan. Dus er is geen illusie meer dat er geen onzekerheid zal zijn in de toekomst,” zegt Colin. “En met OE1 kunnen we zeggen: 'We weten wat u denkt. We weten dat u niet de zekerheid hebt dat u dit vastgoed zult hebben, of dit personeelsbestand. Het briljante is dat OE1 is ontworpen als meubilair dat bestaande werkplekken kan fine-tunen, op- en afbouwen, mobiliseren en verdichten.’”
Hecht voegt toe: “En ik denk dat het mooie van OE1 is, zoals Kim zei, dat het niet confronterend is. Het is herbruikbaar, het is flexibel, en het kan zich aanpassen. Het kan met je meegroeien, en als het moet, kan het met je krimpen.”
Als 2020 ons iets heeft geleerd, dan is het wel dat flexibiliteit - zowel in ons leven als op het werk - niet optioneel is, maar noodzakelijk.